21 juni 2019 – Uit de vandaag gepubliceerde beleidsreactie van minister Van Engelshoven op het adviesrapport “Wissels om” van de commissie Van Rijn, blijkt dat de minister voorstander is van het op korte termijn verplaatsen van gelden naar technische universiteiten. Het gaat om een bedrag van 70 miljoen euro. De Landelijke Studentenvakbond (LSVb) ziet in dat er bij de bèta-technische opleidingen grote tekorten zijn en de kwaliteit van het onderwijs onder druk staat. Tegelijkertijd mag deze verschuiving niet ten koste gaan van de onderwijskwaliteit op andere instellingen, die ook te maken hebben gehad met teruglopende financiering per student. LSVb-voorzitter Carline van Breugel: “Het is zeer onverstandig om nu, wanneer de commissie zelf aangeeft geen inzicht te hebben in de kosten van het onderwijs, gelden weg te halen bij de alfa en de gamma.”
De LSVb pleit om het schuiven van gelden uit te stellen tot wanneer inzicht bestaat in de benodigde bekostiging. De LSVb acht het dan ook noodzakelijk dat de minister de aanbeveling van Van Rijn heeft overgenomen om de toereikendheid van het totale budget te bekijken, en de verhouding tussen kosten en kwaliteit van hoger onderwijs en onderzoek. De huidige kosten-kwaliteitsverhouding wordt enkel gerealiseerd door middel van de onacceptabele scheve verhoudingen tussen docenten en studenten. Tussen 2006 en 2018 zijn de studentenaantallen explosief toegenomen, in het hbo met 24 procent en in het wo met 41 procent toegenomen.[1] De rek in student docent verhouding wordt opgezocht, er is een gebrek aan persoonlijke aandacht voor studenten, de lokalen zitten overvol en op universiteiten verdringen het onderwijs en onderzoek elkaar. In het rapport van CHEPS werd al gewaarschuwd dat de herverdeling zou leiden tot herverdeling van schaarste en problemen.[2] Van Breugel: ‘We weten nu waar de problemen zich bevinden, dit wordt onduidelijk wanneer er met geld wordt geschoven.’
Afgelopen december protesteerden studenten en docenten uit de verschillende onderwijssectoren tegen de hoge werkdruk en voor investeringen in het onderwijs. Nu wacht de alfa en de gamma wederom een bezuiniging, terwijl de maatschappelijke taak en de studentenaantallen niet zijn afgenomen. De minister heeft voor de komende twee jaar extra middelen vrij gemaakt in de voorjaarsnota om een zachte landing te garanderen, dit houdt echter in dat de problemen twee jaar vooruit worden geschoven. Universiteiten dienen daarna tot 2% van de totale bekostiging in te leveren. Dit kan alleen maar leiden tot schaalvergroting met afname van de onderwijskwaliteit, verdere afname van de studententevredenheid, en een verhoging van de werkdruk.[3] Van Breugel: ‘Alleen op deze manier wordt er niet overhaast met gelden geschoven maar kan er verantwoord en effectief beleid worden gevoerd.’